Tag Archief van: retail

IVBN en CFA Society Netherlands hielden op dinsdag 15 oktober 2024 hun jaarlijkse researchseminar over de vraag: is de retailsector uit de dip? VOGON-leden waren van harte uitgenodigd het researchseminar kosteloos bij te wonen.

Dagvoorzitter Brigit Gerritsen (Redevco) vroeg Judith Norbart-ten Hoor (IVBN) in hoeverre het Regeerprogramma aandacht heeft voor retail. Dit valt haar erg tegen. Hoewel het Regeerprogramma stelt dat toekomstbestendige leefomgevingen een functiemix nodig hebben om een veilige, prettige en gezonde leefomgeving te zijn, worden er geen concrete investeringen benoemd die dit mogelijk maken.

Ontmoeting en advies

Peter Koppers (Achmea Real Estate) liet zien dat de afgelopen anderhalf jaar consumenten weer vaker naar winkels komen, niet alleen om te kopen, maar ook voor ontmoeting en advies. Koppers belangrijkste boodschap was: ‘Every cloud has a silver lining’. Na een aantal slechte jaren zijn met name de grootste steden en wijkcentra weer interessante beleggingscategorieën. Het koopvolume neemt toe en de leegstand is niet significant gestegen, het percentage ligt rond de 6 procent. Voor institutionele investeerders ligt dit percentage zelfs nog lager, tussen de 2 en 3 procent. Hoewel in kleinere steden de leegstand groter is, kiezen retailers in grootste steden strategisch voor grotere winkels met veel beleving. Daarnaast maken steeds meer online retailers, zoals Fashion Tiger, Mr. Marvis en Pink Gellac bewust de overstap naar de fysieke omgeving en zetten ze vol in op het omnichannelmodel.

Strategisch verplaatsen

Jurn Hoeksema (URW) stelde de kritische vragen die elke winkelbelegger zich zou moeten stellen: ‘Waarom ben je relevant?’ en ‘Wat is jouw toegevoegde waarde?’ Volgens hem ligt de sleutel in het samen ontwikkelen met partners. Daarnaast is het essentieel om proactief de prestatie van winkels te monitoren. Wanneer een winkel goed draait, kan dit aanleiding zijn voor een grotere winkel of een andere plek in het centrum. Het strategisch verplaatsen van de winkel is bij URW dan ook onderwerp van het goede gesprek met de huurder. Daarnaast is de ‘Click & Collect’-strategie, die klanten naar de winkel trekt, succesvol. Klanten besteden vaak meer wanneer ze eenmaal in de winkel zijn. Andere belangrijke elementen die zorgen voor een stijging in de verkoop zijn tegenwoordig entertainment, fitness, food & beverage en health & beauty. Waarbij entertainment de grootste stijger is in de portefeuille van URW.

Pensioen met meerwaarde

René Vierkant (Vierders) richtte zich op de vitale binnenstad van middelgrote steden. Hij ziet juist voor institutionele beleggers kansen om te beleggen in dit soort steden. Zeker wanneer een stad als één geheel wordt gemanaged, vergelijkbaar met een winkelcentrum. Vierkant benadrukte de impact multiplier van het beleggen van pensioenvermogen in onze binnensteden. Naast de mogelijkheid weer een gezond vastgoedrendement te behalen liggen er kansen op het gebied van vergroening, klimaatadaptatie, verduurzaming en energietransitie. Bovendien vormen gezonde Nederlandse binnensteden de plekken waar het pensioen van de deelnemers meerwaarde krijgt. Daar waar de lokale samenwerking op orde is of wordt gebracht, liggen kansen, juist ook voor institutionele beleggers. Misschien niet in de traditionele vorm van retailbelegging, maar meer als integraal impactproduct.

Ingrid Janssen (Avans) sprak over de City Deal XL, een initiatief waarbij tien steden en hun stakeholders, waaronder investeerders, betrokken zijn. Het doel van deze samenwerking is om gezamenlijk oplossingen te ontwikkelen voor de uitdagingen in de winkelgebieden van middelgrote steden.

Is de retail uit de dip?

De conclusie aan het einde van het researchseminar is een voorzichtig ‘ja’, maar wel met de juiste ingrediënten:

  • Investeer met een partner
  • Bekijk vastgoed vanuit een holistisch perspectief: het gaat om het hele (winkel/woon/werk) gebied en niet om één winkelunit
  • Kijk naar de meerwaarde van je binnenstad
  • Maak je winkelgebied duurzaam en toekomstbestendig

Presentaties

Download hier de presentaties van Peter Koppers (pdf) en die van René Vierkant (pdf).

De stadssupermarkt rukt op in Nederlandse steden. Doordat gemeenten tot 2030 vooral woningen willen bijbouwen in stedelijk gebied, is de potentie van stadssupermarkten groot. Om hiervoor de juiste plekken te kiezen moeten betrokkenen vooral kijken naar aspecten van het marktgebied, de locatie, het aanbod en de concurrentie.

Dit is relevant voor lokale overheden, supermarktorganisaties, ontwikkelaars en beleggers. Dat schrijven Ludo Swaanen, Wim van der Post en Martijn Droës in het artikel ‘Het succes van de stadssupermarkt’ in Real Estate Research Quarterly, het kwartaalblad van de Vereniging van Vastgoedonderzoekers Nederland (VOGON). De onderzoekers verzamelden gegevens van 27 succesfactoren (als het aantal inwoners in het primaire gebied, gemiddeld inkomensniveau, fietsparkeren, zichtbaarheid, aantal kassa’s) van 103 Nederlandse stadssupermarkten. Op kwalitatieve aspecten werden de winkels beoordeeld door drie kenners uit de branche.

Een stadssupermarkt ligt in een stad en heeft een vloeroppervlak van vierhonderd tot achthonderd vierkante meter. Daarmee zit zo’n winkel tussen zogeheten To Go-concepten en reguliere supermarkten in. Bij stadssupermarkten ligt de nadruk op gemak en ready-to-eat.

Impulsief consumptiepatroon

De opkomst van stadssupermarkten heeft verschillende aanjagers. Supermarktorganisaties willen blijven groeien in marktaandeel. Dat lukt slecht met grote supermarkten, waarvoor de markt al fijnmazig en relatief verzadigd is. In binnensteden wonen echter welgestelde gezinnen, eenpersoonshuishoudens en jongeren met een impulsief consumptiepatroon: ze willen gemaksproducten in kleine porties, die kort voor het eetmoment worden gekocht. De prijs speelt daarbij nauwelijks een rol. De stadssupermarkt biedt deze doelgroep alles wat niet in bulk online wordt thuisbezorgd. Dat gemeenten tot 2030 vooral woningen willen bijbouwen in stedelijk gebied, maakt de potentie van stadssupermarkten extra groot.

Eerdere onderzoeken keken vooral financieel-economisch naar huren of winsten. De relevantie van dit onderzoek heeft een belangrijke maatschappelijke component: supermarkten functioneren als ‘anchor stores’ voor consumenten en voorzien in de dagelijkse behoeften van de consument. De aanwezigheid van stadssupermarkten heeft daardoor grote invloed op de vitaliteit en leefbaarheid van woon- en winkelgebieden.

Gericht op fietsers en voetgangers

De opkomst van stadssupermarkten biedt ontwikkelaars een extra optie die voorheen minder voor de hand lag. Lang lag de focus op Vinex-wijken met een wijkwinkelcentrum met één of twee grote supermarkten voor klanten die met de auto komen. Inmiddels ligt de nadruk op binnenstedelijke gebiedsontwikkeling en gaat het om de herontwikkeling van transformatiegebieden waarbij kleinere oppervlakten en fietsers en voetgangers de uitgangspunten vormen.

De laatste jaren heeft supermarktvastgoed stabiele huurinkomsten laten zien. De langlopende huurcontracten worden jaarlijks geïndexeerd voor inflatie. Dat biedt volgens de auteurs wellicht mogelijkheden voor een beleggingsfonds voor stadssupermarkten in het verlengde van bestaande fondsen voor reguliere supermarktvastgoed. Op basis van dit onderzoek is vastgesteld met behulp van welke determinanten kan worden gekomen tot het vinden van locaties die geschikt zijn voor de vestiging van stadssupermarkten.

Download hier de pdf met het volledige artikel.

Over de auteurs

Drs. Ludo Swaanen MRE is hoofdauteur van dit onderzoek in het kader van de MRE-opleiding aan de Amsterdam School of Real Estate en in het dagelijks leven werkzaam als landelijk manager Vastgoed bij Dirk van den Broek. Drs. Wim van der Post is gastprofessor aan HoGent. Dr. Martijn Dröes is verbonden als Associate Professor Real Estate Finance aan de Universiteit van Amsterdam en de Amsterdam School of Real Estate.

In stads- en dorpscentra van Nederland heeft horeca de winkelfunctie voor een deel overgenomen.Er is echter nog weinig onderzoek gedaan naar de betekenis van het toegenomen horeca-aanbod voor het functioneren van deze winkelgebieden. In dit artikel onderzoeken we het effect van het horeca-aanbod en de diversiteit in het algemeen op de winkelbestedingen per vierkante meter. De resultaten laten zien dat het aandeel horecazaken geen invloed heeft op de uitgaven per vierkante meter in de niet-dagelijkse branches zoals mode en vrije tijd. Er lijkt zelfs sprake te zijn van een negatief effect op de bestedingen per vierkante meter voor dagelijkse boodschappen. Ook de verschillende maatstaven voor diversiteit die we hebben meegenomen in de empirische analyses hebben in de meeste gevallen een verwaarloosbaar effect.

Het gaat goed met de horeca in de stads- en dorpscentra van Nederland. Waar het aantal winkels al jaren afneemt, is het aantal horecapanden in 15 jaar tijd gestegen van 38.000 naar meer dan 43.000, zo blijkt uit recente cijfers van Locatus. Een toename van 15%. Met name het aantal lunchrooms, snackbars en ijssalons is gegroeid. Het aantal drinkgelegenheden en traditionele restaurants is juist enigszins gedaald.

Een vergelijkbare trend is waarneembaar in de werkgelegenheidsontwikkeling: er komen steeds meer banen in de horeca bij, terwijl het aantal arbeidsplaatsen in de detailhandel krimpt (zie bijv. Louter & Van Eikeren, 2018). Er zijn zelfs signalen dat de horeca aan het eigen succes ten onder dreigt te gaan. Zo bleek onlangs uit een enquête van Koninklijke Horeca Nederland (2019) onder haar leden dat veel horecaondernemers zich zorgen maken over het vinden en behouden van voldoende goed gekwalificeerd personeel. Daarnaast wordt de groei van het concurrerende aanbod door een deel als bedreiging voor de continuïteit van het bedrijf ervaren.

Voor het volledige artikel downloadt u de PDF

 

Auteurs: Huub Ploegmakers, Rik Eijkelkamp, Maartje Lucassen en Cees-Jan Pen

In dit artikel bekijken we de ruimtelijke spreiding van supermarkten in Nederland. We richten de aandacht op twee aspecten. Is de spreiding van het aantal supermarkten evenredig aan die van de bevolking? En heeft de recente schaalvergroting, die we documenteren aan de hand van onze data, geleid tot een verschraling van de keuzevrijheid van de consument doordat meer lokale monopolies ontstonden? De analyses maken gebruik van een nieuwe dataset die alle Nederlandse supermarkten in de periode 1996-2018 omvat.

Supermarkten vormen een belangrijk element in het winkellandschap. De consument besteedt een fors deel van zijn budget in supermarkten. Bovendien functioneren supermarkten vaak als klantentrekkers (‘anchor stores’) voor de andere winkels in wijkwinkelcentra, zodat het publiek van die andere winkels deels bepaald wordt door het supermarktaanbod. In dit artikel bekijken we enkele aspecten van het aanbod van supermarkten in Nederland en recente ontwikkelingen in deze bedrijfstak. We richten de aandacht vooral op het verband tussen de bevolkingsspreiding en het supermarktaanbod en, daaraan gerelateerd, op de mogelijke eenzijdigheid daarin door ruimtelijke monopolievorming.

Voor het volledige artikel downloadt u de PDF.

Auteurs: Michiel Boonen en Jan Rouwendal

Deze publicatie is een eerste in een reeks van publicaties die Boonen en Rouwendal gaan schrijven over de Nederlandse markt voor supermarkten, de ruimtelijke evolutie daarvan en het al dan niet bestaan en gebruiken van monopolieposities.